Op 18 juni is er een landelijk convenant ondertekend om EU-arbeidsmigranten in Nederland beter te ondersteunen. Minister Van Hijum zette zijn handtekening, samen met twaalf branche- en werkgeversorganisaties zoals de ABU, VNO-NCW en LTO Nederland.
Het doel van dit convenant is om mensen die vanuit andere EU-landen in Nederland komen werken beter te helpen bij allerlei praktische zaken. Denk aan goede huisvesting, toegang tot zorg, hulp bij registratie en de mogelijkheid om mee te doen in de samenleving. Ook als zij op een gegeven moment willen terugkeren naar hun thuisland, moet daar goede begeleiding bij zijn.
Voor werkgevers, uitzendbureaus en dienstverleners is dit allesbehalve een papieren tijger. Het raakt aan de praktijk van alledag, bijvoorbeeld als het gaat om inschrijving in de gemeente, taallessen of het regelen van woonruimte.
Het convenant is onderdeel van het landelijke programma Work in NL. Dat programma is opgezet om EU-arbeidsmigranten beter te ondersteunen op het gebied van wonen, werken, integreren en terugkeren. De werkelijkheid is namelijk: veel gaat goed, maar er zijn ook nog flinke uitdagingen. Denk aan ingewikkelde regels, slechte huisvesting of onduidelijkheid over rechten en plichten.
En dat wil het convenant aanpakken. Niet door alles op het bordje van de overheid te leggen, maar juist door publiek en privaat samen te laten werken, van gemeenten en vakbonden tot uitzenders en werkgevers.
De afspraken in het convenant zijn breed, maar raken ook écht de praktijk. Een paar voorbeelden:
Hoewel we als Backoffice-specialist zaken als huisvesting niet direct faciliteren, maar via uitzendbureaus, hebben we wél te maken met de afspraken die in dit convenant zijn vastgelegd. Als lid van de ABU bewegen we automatisch mee in de ontwikkelingen binnen onze branche.
Dat betekent niet dat we zelf WIN-punten opzetten of BRP-inschrijvingen organiseren, maar we krijgen er wél mee te maken zodra het raakt aan de administratie, contracten of wet- en regelgeving waar onze klanten, de uitzenders, op moeten sturen.
Voor ons is het dus belangrijk om te weten wat er speelt, zodat we onze klanten goed kunnen ondersteunen. Denk aan correcte verwerking van gegevens, naleving van cao-afspraken, of vragen rondom goed werkgeverschap. Juist omdat wij zorgen voor de achterkant van het proces, kunnen we meedenken en ontzorgen waar dat nodig is.
Als partner aan de achterkant geloven wij dat sterk werkgeverschap begint bij heldere structuren, transparantie en naleving van afspraken. Alles wat op papier staat moet kloppen, want dáár begint betrouwbaarheid.
Initiatieven zoals dit convenant zien wij als een stap in de goede richting. Niet om alles op het bordje van werkgevers te leggen, maar om samen publiek én privaat een fundament te bouwen waar arbeidsmigranten op kunnen rekenen.
Onze rol is misschien niet zichtbaar voor de buitenwereld, maar wel essentieel. Want als wij het goed regelen achter de schermen, kunnen onze klanten zich richten op wat er voor hen toe doet: een duurzame, eerlijke en toekomstbestendige arbeidsrelatie.
